13 november 2020


Steeds opnieuw geboren worden

Het juiste moment

Ineens heb ik het helder: zó ga ik het doen.

De wens om mijn website te vernieuwen zoemde al langer rond in mij.

Wuwei’ zeggen de daoïsten.

Hier gaat het, vinden zij, om: ‘de dingen en wezens de juiste hoeveelheid ruimte geven om hen tot hun recht te laten komen, zodat in de interactie vanzelf het beste in ieder vrijkomt.’ *

En plots was het moment daar: ik had eindelijk een beginnetje gemaakt!

Ik belde Ellen – mijn ontwerper – om samen te gaan creëren én met het verzoek mij bij de les te houden: 1 + 1 =3 in ons geval.


Een nieuw vel

Sommige dieren moeten vervellen om te kunnen groeien. Bij mij is het precies andersom. Ik ben door de jaren heen gegroeid en mijn oude vel past niet meer. Het is aan vervanging toe.

Tijd voor nieuw. En eigenlijk is nieuw juist een soort van gerijpt: het voorlopige eindpunt van mijn proces door de jaren heen. Een nieuwe site als reflectie van mijn eigen ontwikkeling als mens en professional. Een schatkist vol inspiratie, ervaring, kennis en kunde waar we samen gebruik van kunnen maken.


Een inspirerende gedachte

Nog geen twee maanden later halen we nog eenmaal de stofkam door de woorden en de beelden. En dan kan mijn nieuwe site de wereld in: dit ben ik en dit is wat ik jou kan aanbieden.

Ineens heb ik het helder: zó ga ik het doen.’ Dat zinnetje herinnert me aan Hannah Ahrendt** en haar concept ‘nataliteit.’ Dát is wat ze bedoelt als ze het heeft over ons menselijke vermogen niet eenmaal maar steeds opnieuw geboren te kunnen worden als we een begin maken.

Wat een inspirerende gedachte.

Godelieve


*(p. 166 Woei- Lien Chong in Het religieuze na de religie)

** ‘Ons korte , zich naar de dood spoedende leven zou onvermijdelijk slechts kunnen resulteren in de ondergang en vernietiging van alles dat menselijk is, als wij niet het vermogen bezaten deze dodenmars te onderbreken en iets nieuws te beginnen, een vermogen dat ligt opgesloten in het handelen, als om ons er voor altijd aan te herinneren dat mensen, al zijn zij sterfelijk, niet zijn geboren om te sterven maar om een begin te maken. (p. 228 Hannah Ahrendt in De menselijke conditie)